De beroemdste speech in As you like it is ongetwijfeld Jaques’ ‘Seven ages of man’ speech. Beginnend bij ‘the infant, mewling and puking in his nurses’ arms’ en ‘the whining
Rosalind |
schoolboy, creeping like a snail, unwillingly to school’. Jaques is geen kinderliefhebber: kotsende peuters en zeurende kinderen zijn duidelijk niet zijn cup of tea. Beter komen de ‘lover, sighing like a furnace’ en de ‘soldier, quick in quarrel, seeking the bubble reputation, even in the cannon’s mouth’ er af; de laatste zinswending zou zeker Falstaff hebben doen glimlachen. Dan ‘the justice, in fair round belly with good capon lined’, de ronde buik getuigend van zijn voorliefde voor kapoentjes; ‘the sixth age... with spectacles on nose, his youthful hose a world too wide for his shrunk shank (het klimmen der jaren doet die dikke buik weer ineenschrompelen). Tenslotte komt deze ‘strange and eventful history’ tot een einde; Shakespeare, die 35 was toen hij dit schreef, zag al voor zich wat ons aller lot is: kindsheid, een terugkeer tot het babystadium, ‘childishness and mere oblivion, sans teeth, sans eyes, sans taste, sans everything.’
Het is een mooie zet van
Shakespeare dat hij, nadat Jaques zijn ‘last scene of all’ gedeclameerd heeft,
die van de ouderdom, Adam als levend voorbeeld (‘sans teeth’) ten tonele voert,
de trouwe knecht die alles heeft opgegeven om zijn meester te volgen en dus
absoluut niet ‘sans everything’ is.
Is er dan misschien enige wijsheid
te vinden bij Touchstone, de hofnar die is meegegaan toen Rosalind en Celia uit
het paleis van Celia’s vader vluchtten en Rosalinds vader in the Forest of
Arden gingen zoeken? Hij is grappiger dan Jaques, maar ook groffer, zelfs
ranzig bij tijd en wijle en zijn humor gaat altijd ten koste van een ander. En:
Touchstone is een snob. Zie bijvoorbeeld zijn conversatie met de herder Corin:
T.: Wast ever in court, shepherd?
C.: No, truly
T.: Then thou art damned
C.: Nay, I hope
T.: Truly, thou art damned, like an ill-roasted egg all on one side
C.: For not being in court? Your reason
T.: Why, if thou never wast in court, thou never sawest good manners. If thou
never sawest good manners, then thy manners must be wicked; and wickedness is
sin; and sin is damnation. Thou art in a parlous state, shepherd
Maar Corin blijft fier overeind:
Not a whit, Touchstone, those that
are good manners at court, are as ridiculous in the country as the behaviour of
the country is most mockable at the court
En hij onderschrijft dat met zijn
stelling dat de hofgewoonte om elkaar de hand te kussen onder herders op het
platteland niet erg hygiënisch zou zijn.
Uiteindelijk ziet Corin in dat het
zinloos is om te blijven redeneren met deze dwaze schertsfiguur:
You have too courtly a wit for me,
I’ll rest
T.: Wilt thou rest damned? God help thee shallow man
Shallow man? Als er iemand
oppervlakkig is, dan is dat eerder Touchstone dan Corin: Shakespeare laat hem,
Corin, zijn leven in één zin samenvatten in een mooie mix van bescheidenheid en
trots:
Sir, I am a true labourer ; I earn
that I eat, get that I wear, owe no man hate, envy no man’s happiness, glad of
other men’s good, content with my harm; and the greatest of my prides is to see
my ewes graze and my lambs suck.
Waar Duke Senior en zijn gevolg het
hofleven in al zijn gemanieerdheid simpelweg verplaatst hebben naar het bos en
zich verbeelden dat ze nu het ware, natuurlijk leven leiden, in werkelijkheid
één en al kunstmatigheid, vertegenwoordigt Corin het ware pastorale leven van
hard werken, eenvoud en content zijn met het weinige dat er is.
Het enige antwoord dat Touchstone
kan verzinnen, is dat Corin dan wel een ‘bawd’ (pooier, koppelaar) moet zijn,
omdat hij de kost verdient met het vermenigvuldigen en laten copuleren van zijn
kudde...
Touchstone is ‘wit’ zonder liefde;
bij Rosalind zijn ‘wit’ en liefde bij uitstek met elkaar verenigd. Touchstone
is de antithese Feste uitTwelfth Night,
Shakespeare’s meest wijze en humane clown.
Wat voor persoon Touchstone
eigenlijk is, wordt des te duidelijker in zijn behandeling van Audrey, een
‘country wench’ (deerne) op wie hij een oogje heeft, uiteraard alleen maar met
oneerbare bedoelingen. Audrey is een simpel herderinnetje, niet mooi of
aantrekkelijk, zo ongeletterd dat ze in de war raakt van ieder woord langer dan
twee lettergrepen; uiteraard zijn de literaire verwijzingen en citaten die
Touchstone in het rond strooit, aan haar niet besteed. Maar de attenties van
Touchstone roepen in haar de wens wakker om waarachtig en puur over te komen.
Zie hoe Touchstone met die opgeroepen emoties omgaat:
T.: Truly, I would the gods had
made thee poetical
A.: I do not know what ‘poetical’ is. Is it honest in deed and word? Is it a
true thing?
T.: No truly, because the truest poetry is the most feigning; and lovers are
given to poetry...
(Dat ware poëzie veinzen is en alle
literatuur bedrog, zou je een artistiek credo van Shakespeare zelf kunnen
noemen.)
A.: Do you wish then that the gods
had made me poetical?
T.: I do, truly; for thou swearest to me thou art honest; now, if thou wert a
poet, I might have some hope thou didst feign
A.: Would you not have me honest?
T.: No truly... honesty coupled to beauty is to have honey a sauce to sugar
A.: Well, I am not fair, therefore I pray the gods make me honest
T.: Truly, and to cast away honesty upon a fair slut were to put good meat into
an unclean dish.
A.: I am no slut, though I thank the gods they made me foul
T.: Well, praised be gods for thy foulness! Sluttishness may come hereafter
Ik zal hier nu niet citeren uit
zijn uiteenzettingen met Rosalind, maar het is duidelijk dat ook hij geen partij voor haar is. Wij kennen de
uitdrukking ‘rot als een mispel’ (medlar in het Engels). Het is ook haar
oordeel over Touchstone: “You’ll be rotten ere you are half ripe; that’s the
right virtue of the medlar.”
Desondanks accepteren we zijn
gemene gedrag t.o.v. de herders en zijn dito behandeling van een al te willige
Audrey. Ik zou Touchstone als metgezel altijd preferen boven Jaques. Touchstone
is een parodist, Jaques een verstokte cynicus. Maar uiteindelijk houdt de
parodist wel van hetgene waar hij de draak mee steekt, zijn schertsen verraadt
een diepe belangstelling voor het geparodieerde. Jaques houdt afstand van
alles, hij heeft de menselijke conditie de rug toegekeerd. Het gezicht dat hij
de wereld toont is dat van een ingestudeerde melancholie: “I can suck
melancholy out of a song [en uit alles, eigenlijk] as a weasel sucks eggs.”
Terwijl Touchstone in zijn clowning
voortdurend getuigt van zin in het leven; hij is enthousiast, in voor alles,
hij improviseert en past zich aan en op zijn manier geniet hij.
Jaques allang niet meer. Wanneer aan het einde van het stuk de huwelijkshymne
geklonken heeft en de paartjes aan elkaar gekoppeld zijn (Rosalind – Orlando,
Celia – Oliver, Audrey – Touchstone en Phebe – Silvius) blijft Jaques alleen
achter (een beetje zoals Antonio in the
Merchant of Venice); hij laat de feestvreugde voor wat zij is: “So, to your
pleasures, I am for others than for dancing measures.”
De tyrannieke Duke Frederick en de wrede Oliver kunnen worden bekeerd; zo niet
Jaques. Hij blijft zichzelf en is tevreden met zijn situatie. En hij wordt
uiteindelijk door zijn stijl en zijn taal gered: die maken van hem een
memorabel personage. Maar een eigenheimer, uiteindelijk ongeschikt als
gezelschap.
As
you like it
is toch vooral het stuk van Rosalind en het verhaal van Orlando’s pogingen deze
geweldige vrouw voor zich te winnen en de opvoeding van Orlando in leven en
liefde die zij en passant ter hand neemt.
Zij gaat als ‘Ganymede’, als
jongenman verkleed, het bos in omdat ze denkt zo veiliger te zijn. Ze moet nu
een man spelen, maar gelukkig gaat dat nooit ten koste van haar dominante
vrouwelijke natuur. “Do you not know I am a woman”, zegt ze tegen Celia, “when
I think, I must speak.” Als ze de aan haar gewijde verzen ontdekt die Orlando
in het bos op de bomen heeft achtergelaten, en dat hij haar dus op haar tocht
gevolgd moet zijn, verschiet ze helemaal van kleur en ze roept: “Alas the day!
What shall I do with my doublet and hose?” En als ze hoort dat hij gewond is,
valt ze flauw en dus geheel en al uit haar rol.
Tsja, dat is wel een probleem.
Verliefd op een man, maar ook gedwongen een man te spelen (dit dilemma zal zich
herhalen in het volgende te behandelen Shakespearestuk, Twelfth Night). Het geeft Shakespeare ongekende mogelijkheden het
liefdesspel tussen de twee dramatisch uit te werken.
Rosalind weet uiteraard wie Orlando
is, maar omgekeerd heeft hij geen idee, hij denkt een jongeman tegenover zich
te hebben. Rosalind laat Orlando over zijn verliefdheid vertellen en geeft hem
dan wat lessen in de liefde door een spel te spelen: zijn geliefde Rosalind
speelt de jongenman Ganymede, die Orlando’s geliefde Rosalind speelt. Rosalind
speelt een rol en Orlando weet niet wie hij voor zich heeft: het geeft beiden
de gelegenheid, de één willens en wetens, de ander niets vermoedend, hun liefde
in het rijk van de verbeelding te repeteren, in een ideale vorm, voordat ze
afdaalt in de prozaïsche praktijk van het dagelijks leven. Het staat hen beiden
toe dan weer zo openhartig te zijn als maar mogelijk is, dan weer zo naïef en
onschuldig als kinderen of engelen.
Het wordt nergens compleet
duidelijk, maar ik heb het vermoeden dat Orlando ergens gedurende het spel door
krijgt hoe de vork in de steel zit en wie hij in werkelijkheid tegenover zich
heeft, alleen blijft hij het spel – volgens mij – meespelen. In hun dialogen
wordt voortdurend gespeeld met Ganymede’s identiteit als Rosalind en soms op
zodanige wijze dat je denkt ‘hij móet het weten.’
R.: Am I not your Rosalind?
O.: I takes some joy to say you are, because I would be talking to her.
R.: Well, in her person, I say I will not have you
O.: Then in mine own person, I die
Het is de opmaat tot Rosalinds
allermooiste regel, hierboven al eens geciteerd: “Men have died from time to
time and worms have eaten them, but not for love.”
In deze dialoog beweegt het
hofmaken tussen de twee zich van het ene prachtige moment naar het andere en
het is vooral Rosalind die haar authentieke liefde voor Orlando weet te
koppelen aan een aanstekelijke gevatheid en scherpte. Als Orlando nog niet
verliefd was, zou het het nu wél worden.
R.: Now, tell me how long you would
have her, after you have possessed her?
O.: Forever, and a day
R.: Say the day, without the ever. No, no Orlando, men are April when they woo,
December when they wed. Maids are May when they are maids, but the sky changes
when they are wives...
... O.: But will my Rosalind do so?
R.: By my life, she will do as I do [natuurlijk zal ze dat, want Ganymede ís
Rosalind]
O.: O, but she is wise
R.: Or else she would not have the wit to do this. The wiser, the waywarder.
Make the doors upon a woman’s wit and it will out at the casement; shut that
and it will out at the keyhole, stop that, ‘twill fly with the smoke out of the
chimney
Het laatste is een prachtige
beschrijving van Rosalinds kwikzilverachtige intelligentie en de reden dat de
mannen om haar heen totaal geen vat op haar krijgen.
Rosalind en Orlando krijgen van Shakespeare verscheidene dialogen; bovenstaande
is de allermooiste. Even later eindigt hun spel met:
R.: Why then, tomorrow I cannot
serve your turn for Rosalind?
O.: I can live no longer by thinking
En hij bedoelt hier: ik moet
stoppen met acteren, ik wil meer dan louter de verbeelding van Rosalind.
Waarmee hij aangeeft klaar te zijn om af te studeren aan Rosalinds School of
Life. En inderdaad doet Ganymede / Rosalind een belofte: zij zal ervoor zorgen
(door toverkunsten, zegt ze) dat zijn geliefde morgen voor hem staat.
En op die dag worden vier
huwelijken gesloten.
Touchstone and Audrey |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten